Inhoudsopgave
Alles over tuinonderhoud in februari
Als vervolg op het tuinonderhoud in januari, nu februari
Juist in deze maand kunt u ervoor zorgen dat uw tuin met tuinonderhoud in het voorjaar een vliegende start maakt. Dankzij de juiste takken weg te nemen zullen de planten enorm groeien in het voorjaar. Verder zorgt compost, mest en de toevoeging van kalk voor de basis van de groei bij de diverse planten in de tuin. Tuinonderhoud februari is dus onmisbaar om in het voorjaar te genieten van nieuwe uitlopers van je planten en een enorme hoeveelheid bloemen.
Onderhoud van de tuin in februari: eerste week
Snoei in de winter bloeiende struiken. Maak en beplant rotstuinen. Snoei hazelnoten. Geef vruchtbomen voedsel. Maak aspergebedden in gereedheid. Zaai groente onder stolpen. Zaai erwten en bonen in potten. Zorg voor de dahliaknollen. Snoei en verpot geraniums.
Onderhoud van bloemen in februari week 1
In de winter bloeiende struiken moeten gesnoeid worden zodra ze uitgebloeid zijn. De in de winter bloeiende jasmijn, Jasminum nudiflorium, is een heester, die snoeien nodig heeft om verwildering te voorkomen. Leid zoveel van de takken, die net gebloeid hebben, als u nodig hebt om de muur in de komende lente royaal te bedekken en snijd het overige weg tot op drie of vier knopen, zodat zij sterke jonge loten maken voor de volgende winterbloei: deze heester doet het heel goed tegen een muur op het noorden en de bloemen zijn heel decoratief in de kamer, als snijbloemen schaars zijn.
Besnoei, als de bloei voorbij is, in de winter bloeiende heideplanten, om verwildering te voorkomen. Gebruik hiervoor een grote schaar.
Deze tijd van het jaar is geschikt om een kleine rotstuin te maken. Een aardig tehuis voor alpenplanten kan al worden gemaakt met zes tot acht niet te grote stenen. Ze moeten voorzichtig worden geplaatst en de tussenruimten worden opgevuld met goede aarde; het is heel belangrijk dat er geen onkruid tussen zit en dat er veel grof zand en wat turf in vermengd is. Leg zo’n rotstuin nooit aan onder bomen of in de schaduw, maar altijd op een open zonnige plek. Goede afwatering is ook nodig.
Opgeslagen dahliaknollen moeten geregeld worden nagezien en als er maar het geringste spoor van schimmel op stengels of knollen zit moeten ze bespoten worden met zwavel. Denk erom, dat ze goed tegen vorst worden beschut.
Onderhoud van fruitbomen- en struiken in februari week 1
Hazelnootbomen en tamme hazelaars moeten nu gesnoeid worden, en wel moeten de takken worden uitgedund om te voorkomen, dat de struiken te dicht worden. Verwijder ook alle uitlopers, die rondom de struiken opkomen. Deze planten geven een betere oogst, als er met het oog op de bestuiving twee of drie bij elkaar staan.
Morellenbomen, die tegen muren groeien, moeten zo geleid worden, dat ze niet te vol worden.
Fruitbomen, die in gras staan, groeien dikwijls weinig uit, omdat ze gebrek hebben aan stikstof. Hierin kan worden voorzien door ze te voeden met zwavelzure ammoniak of kalkamonsalpeter. Dit moet worden toegediend in de verhouding van ruim 100 gram per boom. In goed bewerkte aarde zullen appels en peren veel baat hebben bij een bemesting met zwavelzure kali, in dezelfde verhouding en op dezelfde tijd toegediend, maar deze bomen hebben zelden extra stikstof nodig.
Onderhoud van groenteplanten- en bedden februari week 1
Prepareer aspergebedden. Omdat dit een overblijvend gewas is, moet de grond absoluut schoon zijn en dient deze diep omgespit te worden en grondig bemest. Neem hiervoor stalmest of compost met vrij wat beendermeel.
Ik vind dat asperges in enkele rijen en niet in bedden geplant moeten worden. Drie jaar oude toppen worden in de regel aanbevolen, maar ik geef de voorkeur aan met eenjarige te beginnen, al moet men dan wat langer wachten op de oogst.
Een mooi aangelegd asperge bed
Op beschutte plaatsen en in lichte aarde kunnen nu veel zaden onder stolpen worden gezaaid, zoals uien, worteltjes, erwten, sla en radijs. De rijen kunnen dichter op elkaar staan dan in de buitenlucht en om ruimte te besparen kunnen worteltjes en erwten in het midden worden gezaaid met een rij sla of radijs aan beide kanten. Deze laatste zijn eerder volgroeid en kunnen verwijderd worden voordat de worteltjes en erwten meer ruimte nodig hebben.
Haal rabarberpollen uit de grond en splits ze.
Onderhoud van kasplanten- en stekken in februari week 1
Het is nu de tijd om uitspruitende chrysanten naar de kaste brengen om ze warmte en licht te geven, zodat ze krachtige stengels ontwikkelen waarvan stekken genomen kunnen worden. In koudere streken waar het niet mogelijk is vroeg buiten te zaaien, kunnen tuinbonen en erwten in potten worden gezaaid om ze later uit te planten. Zaai drie of vier erwten in een pot van 10 cm, doch slechts één tuinboon per pot. Stekken van heliotroop, die in de herfst waren ingeplant, moeten nu op een plank dicht bij het glas worden gezet om verder uit te groeien. Die jonge loten moeten als stekken worden geplant, want ik vind, dat stekken die in de lente wortels hebben gekregen, betere planten opleveren om eind mei in bedden te worden uitgeplant. Als de jonge planten wortels hebben gekregen, zet ze dan apart in potten met bloemistenaarde, zo nodig in grotere potten. Het zijn ook goede potplanten voor de koude kas.
Als dahlia’s van stekken gekweekt moeten worden, dan moeten de knollen nu in een doos gedaan worden en bedekt met vochtige turf. In een warme kas gezet zullen er spoedig veel nieuwe loten ontspruiten.
Bespuit fuchsia’s op een warme, zonnige dag om het uitgroeien van veel jonge scheuten te bevorderen.
Als het goed weer is en uw kas ’s nachts verwarmd is, kan schizanthus in potten van 16 tot 20 cm worden gezet.
Snijd oude geraniumplanten terug tot een stengelknoop of knop van 16 tot 20 cm boven de pot. Daarna kunnen de planten verpot worden door eerst alle aarde van de wortels te schudden en ze in de kleinste potten, die de wortels kunnen bevatten, in compost te zetten.
Onderhoud van de tuin in februari: tweede week
Geef voedsel aan kruidachtige planten. Plant lelies. Beschut de kruisbessenstruiken. Voltooi het planten van fruitbomen en struiken. Geef een bovenbemesting aan de aspergebedden. Plant sjalotten. Geef voedsel aan lentekool. Splits kruiden. Zaai lathyrus en aspergevaren. Pot binnen-chrysantenop.
Onderhoud van bloemen in februari week 2
Kruidachtige planten, die een tijdje geleden uit de grond gehaald en gesplitst zijn, hebben bemesting nodig. Het beste is stalmest of compost rondom de planten te spreiden en met een gaffel licht in de grond te werken. Als dit niet mogelijk is, neem dan een goede algemene kunstmest. Volg het gebruiksvoorschrift, waarschijnlijk een eetlepel sprenkelen rondom iedere plant. Daarna moet de kunstmest met een gaffel in de grond gewerkt worden.
Scabiosa en haar variëteiten behoren tot de beste kruidachtige planten, die de hele zomer door en in het begin van de herfst snijbloemen geven. Deze planten houden van kalk. Gemalen kalksteen moet in de grond worden gewerkt vóór het planten, ruim 100 gram op 1 m2. De planten zijn niet bijster gesteld op vaak verplanten. Daarom laat ik ze drie groepen groeien, en neem en splits ieder jaar een groep.
Tot een andere groep kruidachtige planten die fraaie snijbloemen geven, behoort de Echinops ritro een soort distel, die in de zomer met diepblauwe bloemen een schitterend effect geeft. Men herkent deze plant onmiddellijk aan de bolvormige, stekelige bloemkronen en het diep uitgesneden blad. Alle echinops hebben een diep uitgegraven en goed geprepareerde bodem nodig, want ze maken penwortels, die diep in de grond doordringen. Bijzonder goede snijbloemen geven ook de overblijvende rudbeckia’s, o.a. Rudbeckia speciosa. Deze wordt 60 à 90 cm hoog en heeft diepgele bloemblaadjes rondom een purperachtig donkerhart.
Een overblijvende plant, die ik bijzonder waardeer en die ook uitstekende snijbloemen geeft, is de sierlijke Thalictrum dipterocarpum. Zijn verderlichte, violetkleurige bloemen, die in zich vertakkende pluimen bloeien, zijn heel mooi om te zien en de planten worden 150 tot 180 cm hoog.
Snijbloemen worden tegenwoordig veel gevraagd, maar het zijn niet alleen de kruidachtige planten, die goed materiaal opleveren. Talrijke heesters geven ook mooie bloemen, o.a. forsynthia, de sering en Spiraea arguta en Choisya ternata. Veel winterharde éénjarige planten, die onder stolpen zijn gezaaid, zullen vroeg in de zomer gaan bloeien. Bijzonder aanbevolen zijn ridderspoor, korenbloem, godetia, goudsbloem en helichrysum. Lathyruszaad, onder stolpen gezaaid, zal snijbloemen voor laat in de zomer opleveren.
Als er laat in de herfst geen leliebollen te krijgen waren, dan moet u ze nu kopen en planten, als de omstandigheden gunstig zijn.
Onderhoud van fruitbomen- en struiken in februari week 2
Zwellende knoppen van kruisbessenstruiken oefenen grote aantrekkingskracht uit op goudvinken en andere vogels. Men kan ze op verschillende manieren daartegen beschermen: door een permanent omhulsel, door de struiken tijdelijk met netten te bedekken, of door zwart draad van tak tot tak over de struiken te spannen.
Fruitbomen en fruitstruiken moeten nu zo spoedig mogelijk geplant worden, voordat ze beginnen te groeien.
Onderhoud van groenteplanten- en bedden februari week 2
Aspergebedden moeten nu schoon- en gereedgemaakt worden voor de voorjaarsteelt. Hark de oppervlakte van de grond van de bedden of rijen zowat 2 cm diep, bemest de oppervlakte goed met mest of compost en doe er dan weer de aarde overheen. Dit werk moet worden gedaan voordat de toppen beginnen te groeien, anders worden de broze aspergepunten beschadigd.
Op beschutte plaatsen kunnen sjalotten geplant worden. De bollen moeten 16 tot 24 cm uit elkaar staan en de rijen ruim 30 c uit elkaar; bedek ze amper met aarde. Later komen ze aan de oppervlakte tevoorschijn. Kijk na de vorst de lentekool na en zet die weer stevig in de grond, als ze losgeraakt zijn door werking van de planten te voeden met snelwerkende stikstofkunstmest, bijv. natronsalpeter. Dit is een stimulans en bevordert de groei van de kool, als de dagen beginnen te lengen.
Kruiden als salie en tijm, die te groot worden door de pollen te scheiden en apart met de wortels te herplanten. Als de toppen van de salie bevroren zijn, kunnen de struiken worden afgesneden tot op 24 cm vanaf de grond en nieuwe loten zullen aan de basis tevoorschijn komen. Alle reeds langer in de tuin staande planten van salie en tijm zullen baat hebben bij een dergelijke behandeling, waardoor een voortdurende aanvulling van jonge loten verzekerd is.
Onderhoud van kasplanten- en stekken in februari week 2
Daar op zonnige dagen de temperatuur in de kas snel kan oplopen, moet nu meer aandacht aan ventilatie besteed worden. Op zonnige dagen zal het planten in hun groei goed doen ze vroeg op de dag met zuiver water te besproeien. Lathyrus, die nu in de kas wordt gezaaid, zal laat in de zomer planten met veel bloemen opleveren. Andere zaden om nu te zaaien zijn Asparagus sprengeri en Asparagus plumosus. Zaai deze bij een temperatuur van 18°C en zet de zaailingen ieder apart in een bloempot van 8 cm, zodra dit mogelijk is. Verpot ze later in grotere potten in goede compostaarde.
Stekken van binnen-chrysanten, die de vorige maand genomen zijn, moeten nu goed beworteld zijn en kunnen apart in potten gezet worden, ook weer in goede compost.
Onderhoud van de tuin in februari: derde week
Plant lelietjes-van-dalen. Vervang oude heesters. Snoei buddleia’s. Beschut abrikoze- en perzikbloesem. Snoei in de herfst vruchten gevende aardbeiplanten. Verplant in de herfst gezaaide uien. Zaai erwten. Bemest de groentetuin met kalk. Neem stekken van fuchsia en verbena. Zaai lupine en ridderspoor.
Lelietjes van dalen plant je in deze periode
Onderhoud van bloemen in februari week 3
Het is nu de tijd om open plekken in het muurbloembed aan te vullen voordat de planten meer gaan uitgroeien. Zet ook planten in perken en in borders steviger vast, als de door de vorst losgeraakt zijn.
Er is ook nog tijd om lelietjes-van-dalen te planten voordat de toppen beginnen te groeien. De wortels moeten worden uitgespreid in wijde, ondiepe gaten, zodat ze met een laag aarde van ongeveer 2 cm kunnen worden bedekt. Bestaande bedden van deze planten kunnen een bovenbemesting krijgen van compost of stalmest en met beendermeel worden gevoed in de verhouding van 100 gram per 1 m2.
Montbretia’s worden dikwijls verwaarloosd en vormen dan zulke grote pollen, dat ze geen mooie bloemen meer geven. Bloemen van betere kwaliteit, en ook in groter aantal, krijgt men als de planten uit de grond gehaald worden en gesplitst, in kleinere pollen. Dit moet om de twee jaar gebeuren. De betere variëteiten zijn nu winterhard.
In deze tijd van het jaar vervang ik oude en schrale heesters, zodat hun plaats door andere en betere soorten en variëteiten kan worden ingenomen. Ik bedoel nu de loofverliezende, want groenblijvende planten kunnen het beste tussen laat in maart en mei worden geplant.
Hiervoor kies ik graag Berberis thunbergii, die in de lente lichtgele bloemen draagt, maar haar grootste pracht in de herfst toont met vuurrode bessen en mooie rode bladeren. Verder komen in aanmerking de rode kornoelje, Cornus alba, die er in de winter zo vrolijk uitziet; de in de winter bloeiende sneeuwbal, zoals de geurige witte, zachtroze Viburnum fragans of Viburnum tinus met witte bloemen; een fosythia voor in de lente, bijv. de helgele Forsythia intermedia spectabilis; de prachtige goud-gele hypericum, die in juli en augustus bloeit; en variëteiten van de hibiscus, die laat in de zomer bloeit.
Een juiste manier van planten is bijzonder belangrijk voor vaste planten zoals heesters, die heel lang op hun plaats blijven staan. De grond moet natuurlijk goed zijn en ’t gat moet diep en wijd genoeg zijn om de wortels in hun volle omvang op te nemen. Hoe diep men moet planten is af te lezen op de stam, waarop men kan zie hoe diep de plant in de aarde heeft gestaan in de kwekerij. Probeer op precies dezelfde hoogte te planten. Gebroken of beschadigde wortels moeten met een scherp snoeimes worden afgesneden om het risico van latere afsterving aan de uiteindelijk te vermijden.
Buddleia en haar variëteit moeten nu gesnoeid worden. Voeding met een algemene kunstmest op organische basis, na het snoeien, is aan te bevelen. Deze planten bloeien van begin juli tot oktober en zij worden wel 3 meter 50 hoog. Dat betekent dat ze genoeg ruimte moeten hebben om zich behoorlijk te kunnen ontwikkelen.
Onderhoud van fruitbomen- en struiken in februari week 3
Als op beschutte plaatsen zich de eerste bloesems van abrikozen en perziken vertonen, moeten ze beschermd worden tegen nachtvorst. Netten , in twee, drie lagen dik over de bomen gespreid, geven voldoende bescherming. Nog beter is grof paklinnen, dat overdag teruggerold moet worden om licht toe te laten, zodat de bloemen bestoven kunnen worden.
In de herfst vruchten gevende frambozen moeten nu worden gesnoeid, alle scheuten moeten vrijwel tot op grondniveau teruggesneden worden.
Onderhoud van groenteplanten- en bedden februari week 3
Als er vroeg gezaaid is onder stolpen, moet men goed letten op slakken, die in deze tijd van het jaar flinke schade kunnen aanrichten.
In de herfst gezaaide uien moeten voorzichtig worden overgebracht naar de plaats, waar ze tot volle wasdom zullen komen. Dit moet een open plek zijn, waar de grond van tevoren goed is omgespit en bemest of met compost is bewerkt. Plant de uien 20 cm uit elkaar en in rijen met een tussenruimte van 40 cm.
Ga door met het planten van sjalotten, als de toestand van de grond en de weersomstandigheden het toelaten. Diep omgespitte aarde met een goede drainage is van het grootste belang voor dit gewas en ofschoon de bodem voldoende plantenvoedsel moet bevatten, is het niet nodig van tevoren te bemesten. Ideaal is de grond die voor de vorige oogst is bemest. Het moet een zonnige plek zijn.
Vrijwel hetzelfde geldt voor knoflook. Er moet goede drainage zijn, maar niet zoveel bemesting is nodig als voor sjalotten. Plant de bollen 5 cm diep en 16 cm uit elkaar, in rijen met een tussenruimte van 22 cm. Deze plant kan tussen andere gewassen groeien.
Op een beschutte plek kunnen nu erwten worden gezaaid in vruchtbare aarde, die goed bewerkt is en bemest. Een derde gedeelte van de groentetuin moet ieder jaar met kalk worden behandeld en dit werk moet vóór eind februari zijn gedaan. Neem kalkhydraat in de verhouding van 110 tot 160 gram op 1 m2, maar doe dit niet als er aardappelen worden gepoot, want dat bevordert schurft, die onmiddellijk herkenbaar is aan de bruine, schilferachtige plekken, die zich op de knollen vormen.
Onderhoud van kasplanten- en stekken in februari week 3
Vroege, onder glas gekwekte zaailingen van uien moeten nu in bakken met goede compost gezet worden, 8 cm uit elkaar, zodat ze de ruimte hebben om zich goed te ontwikkelen. Stekken van jonge loten van fuchsia’s, die nu worden ingeplant, zullen nu snel wortels krijgen en geven dan mooie planten voor decoratie in de kas of om buiten te planten eind mei. Doop de stekken in hormoonbewortelingspoeder en plant ze in de zandige aarde lang de rand van een pot van 8 cm. Na drie weken hebben zich wortels gevormd en kunnen ze in potten apart worden gezet.
U kunt lupine en ridderspoor kweken uit zaad, dat nu in de kas wordt gezaaid. In augustus of september gaan deze planten bloeien. Op deze manier gekweekte planten zijn heel sterk en u hebt keus uit veel veredelde soorten.
Ga door met het oppotten van binnenchrysanten, als ze genoeg wortels hebben gekregen.
Onderhoud van de tuin in februari: vierde week
Snoei wilgen en kornoeljes. Bespuit rozen tegen zwarte vlekken. Snoei vijgebomen. Bespuit perzikbomen tegen krulziekte van het blad. Zaai spruitjes, kool, prei, sla en radijs. Begin de kweek van achimenes. Zaai gloxinia en knolbegonia. Verkort de loten van de wijnstok. Geef schizanthus voedsel.
Onderhoud van bloemen in februari week 4
Als het zacht weer is, komen de lentebloemen tevoorschijn. Half januari bloeien er dikwijls al sneeuwklokjes. Ook de verschillende soorten primula’s, zoals de gewone sleutelbloem, tonen hun eerste bloemen.
Een van de mooiste heesters, die laat in de zomer bloeien is Hydrangea paniculata (hortensia). Juist voor tuinen die op de noordenwind liggen, is deze struik heel geschikt, beter dan de andere soorten. De reden is, dat de bloemen van Hydrangea paniculata bloeien op hout, dat in dit jaargetijde groeit, zodat men niet bang behoeft te zijn, dat de knoppen door vorst worden beschadigd. Om een sterke groei te bevorderen, zodat grote bloemtrossen ontstaan, moet er grondig gesnoeid worden, op dezelfde wijze als buddleia. Heesters , zoals de rode kornoelje en de wilgen met rode en gele takken, moeten ook ieder jaar flink gesnoeid worden om sterke, jonge groei te bevorderen. De gesnoeide takken kunnenw orden gebruikt als enten van hard hout en op een beschutte plaats buiten in de aarde gezet zullen ze snel wortels krijgen en beginnen te groeien.
Als rozen in voorgaande jaren aangetast werden door zwarte vlekken, verwijder dan alle dode bladeren, die er nog liggen en bespuit ze grondig met een zwamdodend kopermiddel. Men kan kopersulfaat gebruiken 25 gram in 4,5 liter water. De planten en de grond eromheen moeten intensief worden bewerkt. Aangetaste blaren moeten worden verbrand om alle zwammensporen te verdelgen. Het gazongras zal tekenen van groei vertonen, zodat het maaiseizoen binnen afzienbare tijd weer daar is. Als dit de vorige maand niet is gebeurd, hark of veeg het gazon dan om wormnesten te verspreiden.
Onderhoud van fruitbomen- en struiken in februari week 4
Als de kruisbessen nog niet gesnoeid waren uit vrees voor schade aan de knoppen door de vogels, dan moet het nu gedaan worden. De struiken moeten gemodelleerd worden als ze worden gesnoeid en in het algemeen is alleen wat uitdunnen nodig als eenmaal dode, zieke en elkaar kruisende takken verwijderd zijn. Van geleide kruisbessen moeten de uitstekende takken worden gesnoeid, met andere woorden, alle jonge zijloten worden teruggesneden tot twee of drie knoppen.
Vijgebomen, die langs muren groeien, kunnen ook worden gesnoeid. Snijd oude takken weg en leid de lange, jonge takken. Zorg ervoor dat de waaiervorm intact blijft.
Stekken van zwarte, rode en witte bessen, die in de herfst geplant zijn, moeten steviger worden ingeplant, als ze losgeraakt zijn door de vorst.
Perziken en gladde perziken, die buiten groeien, moeten besproeid worden met een zwamdodend kopermiddel ter bescherming tegen krulziekte van het blad.
Onderhoud van groenteplanten- en bedden februari week 4
Aspergeplanten moeten nu worden gevoed met kunstmest.
Bieslook is een goede vervanging van jonge uitjes in de sla en het is nu de tijd om die te splitsen en te herplanten. Zij gedijen in iedere tuingrond op een zonnige plek.
In een beschut deel van de groentetuin kunnen nu spruitjes, vroege kool en prei gezaaid worden.
Sla en radijs kunnen ook buiten gezaaid worden, als het weer gunstig is en de grond droog genoeg om een voed zaaibed te vormen. Eventueel kan dit onder stolpen gebeuren.
Het is tegenwoordig niet gemakkelijk om erwtenrijs te krijgen. Als u ze heeft houdt ze dan klaar voor later. Netten van plastic, die lang meegaan, kunnen hiervoor ook worden gebruikt.
Radijs wordt dikwijls tussen rijen spruitjes en tuinbonen gezaaid, omdat ze gauw rijp worden en gegeten kunnen worden. Maak de voren ruim 1 cm diep. Uitdunnen is niet nodig.
Onderhoud van kasplanten- en stekken in februari week 4
Fresia’s, die enkele weken geleden uitgebloeid waren, kunnen nu op hun kant in de potten worden gelegd om uit te drogen.
Kleine, schilferige knollen van achimenes kunnen nu uit de droge grond, waarin zij hebben overwinterd, gehaald worden en in potten gezet om vroeg te bloeien. Ik zet ze om te beginnen in potten of kistjes in een mengsel van vochtige turfmolm en zand. De knollen moeten voorzichtig in de compost worden gezet bij een temperatuur van 13 tot 16°C om de groei te bevorderen. Als de jonge loten tevoorschijn komen, zet ze dan in potten van 12 tot 16 cm met een tussenruimte van 5 tot 8 cm tussen de planten.
Rode lobelia kan nu gepot worden. Ik geef er de voorkeur aan enkele loten met wortels te nemen en die apart in potten van 10 cm te zetten. Iedere plant zal dan in de zomer een enkele sterke stengel voortbrengen waaraan over de gehele lengte bloemen komen. Zaad van leeuwebek, salvia, ageratum, lobelia en petunia kan nu gezaaid worden, maar ik stel liever het zaaien van half winterharde eenjarige planten zoals goudsbloemen, flox, violieren en asters uit tot eind maart of begin april.
Zaai zaad van knolbegonia’s en gloxinia’s als u deze planten liever op deze manier kweekt dan, wat gemakkelijker is, door knollen. In het midden van de zomer zullen de nu gezaaide zaden bloeiende planten geven. Zaai deze in potten of schalen met zaaicompost en bedek de heel kleine zaadjes liever met zand dan compost. Laat de zaden ontkiemen in een broeibak bij een temperatuur van 18 tot 21°C. Zaai ook Begonia semperflorens en laat die ontkiemen bij een temperatuur van 16°C.
Jonge loten van begonia’s, die in de warmte hebben gestaan, kunnen nu afgesneden worden en als stekken worden gebruikt. Snij de onderkant van iedere stek juist onder een bladoksel af en laat verscheidene stekken bewortelen rond de rand van een pot van 8 cm. Een goed bewortelingsmengsel bestaat uit één deel leem, twee delen vochtige turfmolm en drie delen grof zand. Geef de stekken water en plaats ze in een broeibak bij een temperatuur van 18°C.
Jonge loten aan de wijnstok moeten worden ingekort tot twee of drie per tak. Als de loten 5 tot 8 cm lang zijn geworden langs de takken, die u in december hebt laten zakken, moeten zij weer op hun plaats worden gebonden tegen de kant van de kas. Als clivia’s een aantal jaren niet zijn verpot, dan kan dit nu gebeuren, maar te vaak verpotten van deze planten moet worden vermeden en in grotere potten alleen als dat werkelijk nodig is. Neem goede compost voor het verpotten en als u nieuwe planten wilt hebben kunnen de toppen worden gesplitst.
Als schizanthus in hun definitieve potten goed ontwikkeld zijn, geef ze dan eens in de veertien dagen lichte gier of een algemene kunstmest, die goed is begoten. Voeden van potplanten moet spaarzaam gebeuren. Kunstmest moet nooit aan planten gegeven worden als de grond droog is, want dan zullen de wortels verschroeien. De meeste planten, die gaan groeien, kunnen ook eens in de veertien dagen gevoed worden.