Een vijver in iedere tuin
Een vijver aanleggen is mogelijk in iedere tuin. Ook een vijver waarin een biologisch evenwicht ontstaat. Dat antwoord wordt eigenlijk al door de natuur om ons heen gegeven. Water komt namelijk overal voor en kiest niet uit zichzelf een plaats waar het de meest gunstige ligging heeft. Het is dan natuurlijk wel zo dat de plantengroei zich bij die plaats aanpast en daar moeten we dan ook bij de vijver in de tuin rekening mee houden. De meest gunstige ligging voor een vijver is een plaats in de halfschaduw. Een vijver die niet te diep is wordt te warm als hij vol in de zon ligt. Daarvan zullen niet alleen de vissen schade ondervinden, maar ook zullen bepaalde waterplanten verbranden. Bij een vijver die volledig in de schaduw ligt, zal de plantengroei niet alleen veel beperkter zijn, maar zullen de planten rond en in de vijver ook pas later in het seizoen tot ontwikkeling komen (of helemaal niet) omdat de temperatuur te laag blijft. Een bloeiende waterlelie zal in een schaduwvijver dan ook niet aangetroffen worden. Als de genoemde beperkingen niet vergeten worden, dan kan het antwoord dus luiden dat een ‘gezonde’ vijver in ieder type tuin mogelijk is.
Het oppervlakte en de diepte van de vijver
De oppervlakte van een vijver speelt een rol bij de gevoeligheid voor temperatuurverschillen van het water. ’s Nachts is het kouder dan overdag en hoe kleiner nu een vijver is, des te groter de schommelingen in de temperatuur van het water zijn. Dat laatste vindt ook plaats in een ondiepe vijver. De diepte speelt in dezen dus ook een rol. Het oppervlak van een vijver dient minimaal 5 vierkante meter te zijn. Dat lijkt veel, maar dat is slechts een vijver van 2,5 x 2 meter. Een dergelijke vijver dient ongeveer 80 cm diep te zijn. De absolute minimumeis is dat het diepste gedeelte (80 cm onder het oppervlak) minstens 1 vierkante meter groot is. Als er in de tuin plaats is, kan bij deze diepte de oppervlakte van de vijver vergroot worden tot 10 vierkante meter. Met een dergelijke vijver worden zeer goede resultaten behaald. Wordt het oppervlak van de vijver nog groter, dan is er ruimte voor grote ondiepe gedeelten. De regel is dan ook hoe groter de vijver, hoe groter de ondiepere gedeelten mogen zijn. Houd bij het ontwerpen en de aanleg rekening met deze normen.
De diepte van uw vijver
Probeer bij het ontwerpen van de vijver de bodem op een bepaalde plaats minstens 80 cm onder het wateroppervlak te houden. Dat is niet alleen van belang om het water minder gevoelig voor schommelingen in de temperatuur te maken, maar ook om waterlelies te kunnen planten. Een waterlelie is eigenlijk een ‘must’ in iedere vijver. Daarnaast moet er een plaats zijn die zo’n 50 cm diep is. Op deze plaats kunnen zuurstofplanten goed groeien. De zonnestralen kunnen op die diepte beter binnendringen en het water is daar ook wat warmer. Als we met plantenmanden willen werken, is ook een diepte van slechts 30 cm nodig. De planten uit die manden zullen daar slechts 10 tot 15 cm onder water staan en dat is voor veel waterplanten een ideale diepte. Om de keuze aan planten die in de vijver kunnen staan nog meer te vergroten, zorgen we ook voor een gedeelte dat slechts 15 cm diep is. Dat vullen we met vijvergrond. Op deze plaatst kan het moerasgedeelte komen. Het is van belang dat de vijvergrond in dat gedeelte in verbinding blijft staan met de rest van de vijver. Dat kan door gaten te maken in de bakken die we metselen voor de vijvergrond. De moerasplanten mogen niet verdrogen als het waterniveau van de vijver eventueel zakt, want dan gaan ze snel dood. De oppervlakten van de verschillende gedeelten op verschillende diepten onder het wateroppervlak staan uiteraard in een goede verhouding tot de totale oppervlakte van de vijver.
Verschillenden soorten vijvers
In feite zijn er drie soorten vijvers. De betonnen vijver, de met glasvezel versterkte polyester vijver (voorgevormd) en de vijver die gemaakt is van een bepaald soort folie. Al deze vijvers zijn in principe even goed al hebben ze ieder voor zich hun voor- en nadelen. Een betonnen vijver is niet zo gemakkelijk aan te leggen. Het vereist vakwerk en is eigenlijk alleen door een goede doe-het-zelver uit te voeren. Het grote voordeel van een betonnen vijver is dat hij in iedere gewenste vorm gemaakt kan worden dus dat er ruimte is voor creativiteit. Bij de vijver die van folie gemaakt wordt, zijn ook vele vormen mogelijk, maar minder dan bij de betonnen vijver. De folie is ook veel kwetsbaarder waardoor er snel gaten in kunnen komen en lekkage ontstaat. Dit type vijver heeft het voordeel dat het minder moeilijk aan te leggen is. Het gemakkelijkst aan te leggen zijn met glasvezels versterkte vijvers. Ze zijn voorgevormd zodat van aanleggen eigenlijk geen sprake is. Het nadeel van dit type vijver is dat ze een vaste vorm hebben en dat duidelijk te zien is dat er sprake is van een kunststofvijver. Voor een deel zijn die nadelen ondervangen doordat ze tegenwoordig in allerlei vormen leverbaar zijn. Er zijn zelfs vijverbakken die aan elkaar geschakeld kunnen worden zodat er toch nog wat ruimte voor creativiteit overblijft. Bij de keuze van de soort vijver speelt de grondsoort een belangrijke rol. Een betonnen vijver moet een stabiele ondergrond hebben, anders scheurt hij. Voor de andere typen vijvers is dat minder van belang.
De vorm van uw vijver
De vorm van het oppervlak is niet belangrijk voor het leven in de vijver. De enige vormen die daarvoor wel belangrijk zijn, zijn de dieptevormen waar in vraag 3 al iets over is gezegd. In het geheel van de tuin speelt de vorm van de vijver natuurlijk wel een rol. Een vijver moet bij de rest van de tuin passen. Door een vijver kan een tuin een geheel andere sfeer krijgen maar ook dan is het nodig dat een geheel ontstaat. Het kan daarbij nodig zijn de vorm van de vijver aan te passen aan zijn ligging. Zo kan de lichtval in een vijver, die eigenlijk in de volle zon ligt, getemperd worden door de schaduw van een boom. Met de juiste beplanting zijn vele vormen op vele plaatsen in de tuin mogelijk. Bij een vijver die in de schaduw ligt, zal het aanbrengen van extra planten geen effect hebben. De zuurstofplanten in het water zullen pas zuurstof produceren als ze voldoende zonlicht krijgen. Dat doen ze in de schaduw niet en daarom zal het tekort aan zuurstof gecompenseerd moeten worden door extra zuurstof aan het water toe te voegen. Dat kan door middel van een waterval of een fontein. Ook een luchtpomp die lucht in het water blaast verhoogt het zuurstofgehalte, maar het is voor de sfeer in de tuin misschien minder mooi dan een waterval of fontein.
De aanleg van een betonnen vijver
Er is een aantal hardnekkige fouten die steeds weer opnieuw bij de aanleg van een betonnen vijver gemaakt worden. De eerste is het aanbrengen van steenpuin om een zogenaamde harde onderlaag te maken waarop de vijver wordt aangelegd. De vijver zal hierdoor snel stukvriezen omdat er verschillende soorten materialen worden gebruikt die alle anders reageren bij vrieskou. Ook het eerst metselen van de wanden waarna deze met cement bestreken worden is fout. Ook deze vijver zal snel stukvriezen. Als u cement of beton gebruikt, gebruik dan altijd één soort en stort dat achter elkaar zodat de vijver er in één keer ligt om krimpscheuren te voorkomen. Voordat er gestort wordt, wordt de vijver eerst waterpas gemaakt. Dat kan het beste gebeuren door latten of zeer buigzame stroken triplex horizontaal en waterpas op de juiste hoogte aan te brengen. Dat is nodig om te voorkomen dat de indruk ontstaat dat het water scheef in de vijver staat. Als dat is gebeurd, wordt de vijver gestort. De volgende dag wordt het beton aangesmeerd met een papje van pure portland. Deze handeling wordt in vaktermen het ‘vertinnen’ van de vijver genoemd. Ook zijn er daarvoor speciale middelen verkrijgbaar. De dag daarna wordt de vijver met water gevuld.
De bewapening van een betonnen vijver
Voor een kleine vijver kan als bewapening voor het beton kippengaas gebruikt worden. Dit is handig omdat het in allerlei vormen gebogen kan worden. Meng in zo’n geval niet teveel grof grind door het cement want dan zakt het niet goed tussen het gaas door en ontstaat nog geen goede versteviging van de vijver. Voor grotere vijvers kan betongaas gebruikt worden. Dat is wat stugger en daardoor moeilijker te verwerken, maar wel veel sterker. Een nadeel van deze materialen is dat ze gaan roesten. Na enkele jaren ontstaan daardoor rotte plekken in de vijver et alle lekkages van dien. Om dat te voorkomen is er een nieuw materiaal verkrijgbaar namelijk ‘Fibermeshvezel’. Het voordeel van deze vezel is dat het niet roest en geen betonrot kan veroorzaken. Het is een bewerkte polypropyleenvezel voor directe toevoeging aan het cement in de betonmortel. Het zijn dunne aan elkaar verbonden draden die in de betonmortel van elkaar losgetrokken en gelijkmatig door het beton verdeeld worden. Zo ontstaat een gelijkmatige bewapening van de tuinvijver. Een bijkomend voordeel is dat deze bewapening geen chemische verandering ondergaat en daarom milieuvriendelijk is. Betonijzer is minder geschikt omdat het ook kan gaan roesten waardoor er teveel ijzer in het water komt. De planten en de vissen in de vijver kunnen daar niet tegen. Tevens ontstaat er lekkage.
De ondergrond van een betonnen vijver
Vooral veengronden en gronden die bestaan uit een mengsel van veen en klei zijn minder geschikt voor de betonnen vijver. De gronden zakken altijd in en dit type vijver zal dan ook verzakken en in het ergste geval scheuren. Een waterval met rotsstenen in de vijver kan op dergelijke gronden beter helemaal vergeten worden. Op uitgezakte kleigronden evenals op zandgronden kan zonder problemen een betonvijver aangelegd worden. Ook op deze gronden is het zaak de waterval goed te funderen, secuur aan te leggen en waterdicht te maken. Waterverlies door een waterval geeft een vijver waarin het waterniveau altijd laag staat en die bijgevuld moet worden met leidingwater. Dat laatste verstoort het biologisch evenwicht en dit moeten we zoveel mogelijk voorkomen.
De mengverhouding van het beton voor de vijver
Bij het mengen van het beton gebruiken we niet het grove betongrind, maar het zogenaamde kif. Dat is heel fijn grind. Daardoor ontstaat een fijne structuur zodat het beton, vooral bij kleine waterpartijen, goed te verwerken is. Het beton waar kif inzit is ook erg hard, wat voor vijvers nodig is. De beste mengverhouding is 3 delen metselzand, 1 deel Portland en 1 deel kif. De hoeveelheid Fibermesh die nodig is, wordt op de verpakking aangegeven. Het geheel moet goed gemengd worden en mag niet te nat aangebracht worden om uitzakken van het beton te voorkomen. Voordat het beton gestort wordt, brengen we een plastic vel op de ondergrond aan om te voorkomen dat de grond zich met het beton mengt. Het water dat in de nieuwe vijver wordt gebracht pompen we na een week weg omdat daar teveel cement in zit. Daarna kunnen we met de inrichting beginnen.
Een vijver van folie
Vijverfolie moet niet verward worden met landbouwplastic. Dat is te dun en zeer kwetsbaar. Daarnaast is het moeilijk te lijmen of te lassen. Veel mensen gebruiken het toch omdat het voordeliger is dan de echte vijverfolie. We raden dit echter af omdat er vaak ergernissen ontstaan en u een vijver toch aanleg met de bedoeling daar een reeks van jaren plezier van te hebben. De meeste vijverfolie is eenvoudig te lijmen of te lassen met behulp van een bepaald apparaat. Er kunnen vijvers tot een oppervlak van wel 3000 vierkante meter mee gemaakt worden. Het is vrij soepel materiaal waardoor het tot vele vormen op alle soorten gronden verwerkt kan worden. Maar de bovenkant van de vijver ook hier eerst waterpas met latten of soepele triplex stroken. Daarna kunnen we de folie in de gewenste vorm en gewenste diepten modelleren. Overtollige folie wordt weggesneden. Zorg dat er geen folie boven de latten uitsteekt, dit om te zorgen dat de planten op het land zo dicht mogelijk bij de vijverrand kunnen komen. Als de folie is aangelegd kan de vijver gelijk met water gevuld worden.
Vijverfolie en het milieu
Vijverfolie bevat een geringe hoeveelheid giftige stoffen die deze langzaam aan het water afgeeft. Het is vooral de weekmaker in de folie, de stof die de folie soepel moet houden, die bepaalt hoeveel giftige stoffen er in de folie zitten en hoe lang deze giftige stoffen zal afgeven. Het is ook het product dat een belangrijke rol speelt in de kostprijs van de folie. Het komt erop neer dat bij een stugge folie meer weekmakers gebruikt moeten worden. Soepeler folie heeft minder van deze weekmakers nodig. Het is daarom het beste om de nieuwste folie aan te schaffen. De kwaliteit van deze folie verbetert namelijk ieder jaar en er zitten steeds minder schadelijke stoffen in. Planten kunnen we gelijk op de folie aanbrengen, maar met de vissen wachten we minstens 3 tot 4 weken.
De voorgevormde vijver
Bij de voorgevormde vijvers is er veel verschil in soorten en kwaliteit. In de prijs van de vijvers is dat ook terug te vinden. Voordat een vijver wordt uitgekozen is het dan ook van belang dat u zich voldoende verdiept in de uitgebreide variatie die door de fabrikanten worden aangeboden. Pas de laatste jaren zijn er vijvers in de handel gekomen die en goede verdeling tussen diepte en waterinhoud hebben. De ondiepe stukken aan de rand van de vijver, biotoopranden genoemd, kunnen met oeverplanten beplant t worden zodat de vijver op een natuurlijke wijze overloopt in de tuin. Van de nieuwste modellen zijn de biotoopranden nog breder en dieper en deze zijn dan ook geschikt als moeraszone. Salamanders en kikkers voelen zich daarin goed thuis. Op zich is een breed moerasdeel in de vijver erg mooi, maar u dient zich wel steeds af te vragen wat u wilt, veel water of veel moerasplanten. Bij een vijver die iets extra’s aan de tuin moet toevoegen, gaat het toch voornamelijk om het water en de waterplanten.
Het plaatsen van een voorgevormde vijver
Het belangrijkste is dat een voorgevormde vijver stabiel en waterpas staat. Bij vijvers die verschillende niveaus (waterdiepten) hebben, kan dat een probleem zijn. Het is dus niet zo dat er even een gat gemaakt wordt waar de vijver ingezet wordt waarna die gelijk met water gevuld wordt. Het gat moet u ruimer graven dan de vijver groot is. Daarna worden de verschillende niveaus op de bodem van het gat aangebracht. Op de verhoging in het gat wordt vervolgens een laag wit zand aangebracht. Daarna wordt de vijver in het gat neergelaten en waterpas gezet. Er moet dan nog veel ruimte onder de vijver opgevuld worden. Dat doen we met wit vulzand dat we ‘inwateren’, dus met water uit de tuinslang besproeien. Iedere keer als er zand wegstroomt, vullen we dat aan en letten er daarbij op dat de vijver waterpas blijft staan. Ga daar net zo lang mee door tot er geen vulzand meer wegloopt en alle ruimten rondom de voorgevormde bak opgevuld zijn. Vooral op kleigrond wordt het snel een waterballet, maar neem dan de tijd. Pas daarna wordt de vijver gevuld om te controleren of hij stabiel ligt. Vervolgens wordt het water weer verwijderd en kan met de inrichting van de bak begonnen worden.
Moet een waterval altijd gemetseld worden?
Bij een betonnen vijver wordt de waterval altijd gemetseld. Dat ontstaan namelijk de meest natuurlijke vormen. Door gebruik te maken van de nieuwe bewapening, de al genoemde Fibermeshvezel, ontstaat ook een kwalitatief goede waterval. Er zijn ook watervallen van kunststof, maar veel mensen gaat de kunststof na enige tijd vervelen en dan moet alles weer opnieuw gemaakt worden. Bij de aanleg van een waterval worden bij voorkeur natuurkeien en natuurlijke materialen gebruikt. Het is niet eenvoudig dat goed aan te leggen, maar een goede doe-het-zelver lukt het meestal wel. De onderlaag wordt gemaakt van cement met Fibermesh en dient minstens 15 cm breed te zijn. Op deze laag worden de keien vastgezet. De loop van het water moet naar de vijver gericht zijn en niet naar de zijkanten, want dan stroomt er water weg. Controleer de waterval de eerste 2 dagen op lekkage en corrigeer dat gelijk. De pomp van de waterval wordt aan de andere kant van de vijver gezet om een zo groot mogelijke beweging in het water te krijgen. Ook in een kunststof vijver kan een waterval gemetseld worden. Het water dient dan echter wel zo’n 10 cm over de rand van de vijver te vallen om lekkage te voorkomen.
De aanleg van een vijver en de kosten daarvan
Dit is voor veel mensen een belangrijke vraag. Sinds er vijverfolie op de markt is, zijn de andere vijvers wat in de verdrukking geraakt. Het is dan ook met name aan die vijverfolie te danken dat vijvers zo in de belangstelling staan. Vooral vroeger toen vijvers nog met stenen gemetseld werden, was er vakmanschap voor nodig om een dergelijke vijver te maken. Dat kostte veel geld. Tegenwoordig kunnen handige doe-het-zelvers zelf hun betonnen vijver storten en kan iedereen een folievijver maken. Als we het zelf kunnen doen, komt de prijs van een betonnen vijver overeen met die van een folievijver. Bij een betonnen vijver komt er echter vaker een vakman aan te pas en dat maakt het weer duurder. De voorgevormde bakken kosten per vierkante meter vijver het meest en niet iedereen is in staat deze zelf te plaatsen. Als we een klassering van de verschillende vijvers moeten geven luidt deze als volgt: de folievijver is het goedkoopst, dan volgt de betonnen vijver en daarna de voorgevormde kunststofvijver.
De kleur van een vijverwand
Bij sommige kleuren van vijverwanden is de vraag gerechtvaardigd of de mensen een vijver in hun tuin willen of een minizwembad. Sommige betonnen vijvers worden namelijk blauw en groen geschilderd en dat is op zich afgrijselijk. Nu zullen smaken verschillen, maar een dergelijke vijver zal nooit onderdeel van de natuur worden en daar gaat het toch allemaal om. Een vijver heeft bij voorkeur een donkere kleur. Bij een betonnen vijver is dat geen probleem. Deze verweert en wordt vanzelf donkerder. Goede kunststofvijvers zijn donker en bij voorkeur zwart. Koop geen lichtkleurige vijverfolie of kunststofvijvers. Het staat niet alleen onnatuurlijk, maar ze stimuleren ook nog de algengroei omdat ze het zonlicht terugkaatsen. Ook de materialen die we in de vijver gebruiken moeten donker van kleur zijn. Dat geldt niet alleen voor de fontein, maar ook voor de zwerfkeien. Materialen met een lichte kleur vergroten alleen maar het algenprobleem.
De keuze van materialen bij de aanleg van een vijver
Nu er enkele voor- en nadelen van de verschillende vijvers besproken zijn, moeten we de verschillende materialen toetsen aan de eisen die we stellen. Voor iedere tuinbezitter zal dat anders zijn en daarom worden ze in volgorde van belangrijkheid genoemd:
a. de levensduur van het materiaal,
b. het al dan niet bestendig zijn tegen Uv-straling,
c. het bestand zijn tegen vorst,
d. het al dan niet gevoelig zijn voor rotting,
e. de sterkte van het materiaal,
f. de mogelijkheden om zelf de vorm te bepalen,
g. de standaardmaten waarin de materialen te verkrijgen zijn,
h. het gemak waarmee het te repareren is,
i. het al dan niet zelf kunnen verwerken van de materialen.
Het belangrijkste voor veel mensen zijn echter de kosten. Uit het voorgaande moet echter afgeleid worden dat de kosten niet het enige is waar naar gekeken moet worden. Het weinige geld dat besteed is aan een goedkope vijver die niet staat of snel kapot is, is weggegooid geld.
De overloop van een vijver
Een overloop vangt het water, dat bij een zware regenval uit de vijver loopt, op en voert dat af naar bijvoorbeeld de riolering. Het is een van de minst belangrijke onderdelen van een vijver. Zou een vijver overlopen, dan zal het op de grond naast de vijver stromen en daar weglopen. Alleen op een harde, dichtgeslibde kleigrond kunnen er problemen ontstaan doordat de grond dan erg drassig wordt. Daar is een overloop dan ook zeker op zijn plaats. Een overloop kan gemaakt worden door een pvc-regenpijp op de hoogte van de oeverrand te plaatsen en op de regenafvoer of riolering aan te sluiten. Plaats de regenpijp altijd op de oeverrand en niet in de oeverrand omdat anders het waterniveau niet meer op de maximumhoogte kan komen.
Rolkeien op de oeverwand bevestigen
Het gebeurt vaak dat mensen de wand van de vijver met rolkeien bekleden maar dat enkele dagen later het hele spul onder in de vijver ligt. Willen we rolkeien gebruiken, dan moet bij een betonnen vijver al tijdens het storten een steunrand gemetseld worden. Deze rand komt ongeveer 30 tot 40 cm onder de waterlijn. Later stapelen we de rolkeien hier los bovenop. Er is dan een stabiel geheel ontstaan. Bij folievijvers zorgen we ervoor dat de wand van de vijver niet te steil afloopt en brengen ongeveer 30 tot 40 cm onder de waterlijn een horizontale rand aan. Over die rand leggen we dan de folie. Hierdoor wordt een steunrand voor de keien gevormd. Deze rand dient minimaal 20 cm breed te zijn. Ook nu worden de keien er los opgelegd. Als er een voorgevormde vijver is geplaatst, loopt het wat anders. Deze hebben namelijk nogal steile wanden. Knip daarom van stug geplastificeerd blokgaas (te koop bij een tuincentrum) stroken van ongeveer 60 cm lengte. Buit deze stroken in een haakvorm en steek een uiteinde naast de bovenkant van de kunststof vijver in de grond. De andere kant wordt in de vijver gebogen. Er ontstaat dan een soort korf waar de rolkeien, tot aan de waterlijn, ingelegd kunnen worden. De kunststofrand is dan weggewerkt.