Appelboom snoeien

Appelboom snoeien

Een appelboom snoeien – daar ontkomt u niet aan. Dat moet regelmatig gedaan worden. Hiermee voorkomt u grote snoeiwonden, en daardoor krijgen ziektekiemen weinig kans om uw boom binnen te dringen. Snoei de fruitboom zo dat er veel licht in de boom valt.

Indien de takkenstructuur te dicht is, zult u moeten uitdunnen. Doe dit niet te rigoureus. Als u dit wel doet heeft u kans op erg veel waterloten. Snoei telkens vlak boven een knop die de richting uitwijst welke kant u wilt dat de boom heen groeit. Het liefst naar buiten dus.

Appelboom snoeien – snoeiperiode

Het is de bedoeling dat je een appelboom – en dat geldt trouwens ook voor de perenboom – twee maal per jaar snoeit. De eerste keer dat je de appelboom snoeit moet het ongeveer eind februari/begin maart zijn. De winter loopt op zijn einde en de dikke oude takken dienen te worden weggesneden. De kortloten moeten worden bespaard.

In juni moet nogmaals worden gesnoeid. En dat is eigenlijk omdat de appelboom een reactie heeft gegeven op het snoeien in februari. De winterse snoeibeurt heeft gezorgd voor veel waterlot. Waterlot zijn de snel groeiende takken die recht omhoog schieten. Dit waterlot moet worden verwijderd. Als het goed is, komt het dan niet meer terug.

Het is belangrijk dat de boom nog geen nieuwe bladeren heeft gevormd. Snoei nooit tegelijkertijd al uw fruitbomen. Ziekten kunnen zich dan snel verspreiden. Mocht u het vermoeden hebben dat een van uw fruitbomen ziek is, dan is het raadzaam uw gereedschap goed te desinfecteren..

Appelboom snoeien – methodiek

Uit de stam of uit de bovenkant van de dikke takken komen lange scheuten. Deze scheuten dienen als eerste te worden verwijderd. U hoeft niet bang te zijn voor vruchtverlies, deze scheuten dragen namelijk nog geen vruchten.

Nagenoeg elke boom heeft wel enkele takken die elkaar kruisen. Voor een appelboom is dat funest. De takken die elkaar kruisen of op een andere manier schuren met elkaar, moeten worden verwijderd. De kroon van de boom dient opengesnoeid te worden. De gehele boom heeft tenslotte zo veel mogelijk licht en lucht nodig.

Uit de stam kunnen geseltakken groeien. Aan deze geseltakken bevinden zich weer vruchttakken. Deze vruchttakken hangen meestal horizontaal. Het is vaak oud vruchthout dat naar beneden hangt en deels haar functie heeft verloren. Een deel van dit afgedragen vruchthout kan worden weggesneden. Maar ben er voorzichtig mee. Snoei tot op 6 knoppen van de tak.

Sporen – het zijn korte dikke zijtakjes die veel knoppen bevatten en aan de jonge takken groeien. Hierop vormen zich de bloemen en de vruchten. Het probleem van de sporen is dat ze soms zeer dicht op elkaar zitten. De vruchtontwikkeling kan hierdoor worden gestagneerd. En dat is natuurlijk niet de bedoeling. Het is daarom nodig de sporen uit de dunnen; de fruitboom wordt hierdoor als het ware verjongd.

Last but not least: als u snoeiet, snoeit u dan in een piramidevorm. Dat is bij veel het geval, bij een appelboom of een perenboom is dat niet anders.

Appelboomkanker

Vruchtboomkanker is een ziekte die zich meestal vroeg in de winter verspreid. Omdat appelen en peren gevoelig zijn voor deze ziekte, kunt u met het snoeien van deze soorten het beste wachten tot in het vroege voorjaar. Ook is het belangrijk om geen grote wonden te maken als er nog kans is op vorst.

Boomkanker wordt veroorzaakt door een schimmel. Deze schimmel heet Nectria Galligena en wordt verspreid door windgedragen sporen. Een boom heeft soms open wonden of snoeiwonden. Dat zijn nou net de plaatsen waar de ziekte toeslaat. Je kunt de kanker herkennen als de schors begint te splijten. Als gevolg daarvan gaat de schors schilferen.

Deze vorm van kanker is te bestrijden door goed te snoeien. Als u snoeit, snoei dan tot in het goede gezonde deel van de boom. Op het moment dat je snoeit en het hout heeft een gezonde witte kleur, dan kun je ervan uitgaan dat het slechte en zieke deel voldoende is weggesneden. Mochten zich er alsnog bruine vlekken in het hout bevinden, snoei dan nog even verder.